• The Captain eert Sint Nicolaas



    Op 5 december vieren we in Nederland al jarenlang het Sinterklaasfeest, niet omdat hij op deze dag geboren werd, maar omdat er mensen zijn die menen dat hij op 6 december 342 of 352 na Christus overleden is. Dit laatste is natuurlijk complete onzin, maar desondanks wordt Sint Nicolaas in veel landen, op heel verschillende manieren, geëerd.

    Zo heeft volgens overleveringen Sint Nicolaas in Lotharingen drie vermoorde kinderen tot leven gewekt; vreemd genoeg is de moordenaar in deze streek zijn hulpje geworden. In Frankrijk en Wallonië kom je dan ook onze Sint tegen met Père Fouettard, een roodharige man met een woeste baard en een grote mantel met hoofdkap. Hier wordt het feest op de zesde december gevierd.

    In het Duitstalige Zwitserland bivakkeert de Sint in het bos en rijdt hij op een ezel. Tijdens een grote parade, het Klausjagen, rijdt de Sint vergezeld met vier Schmutzlis, die koekjes aan het publiek uitdelen. In Oostenrijk heten zijn helpers dan weer krampussen, die eruit zien als duivels; in Luxemburg komt de Sint dan weer uit de hemel.

    In Nederland komt de Sint vreemd genoeg uit Spanje, een land waar hij vrijwel zeker nooit geweest is. Omdat de Sint in Zuid-Italië is geweest, wat in de middeleeuwen deel uitmaakte van de Kroon van Aragon, één van de delen van het huidige Spanje.

    Wel werd hier ook aan een soort Klausjagen gedaan, in optocht door een stad, waarbij geld en eten werd gegeven. Later ontpopte de Sint zich tot een soort huwelijksmakelaar, waarbij jongens hun toekomstige geliefden een speculaaspop gaven.

    Na de Reformatie kwamen in grote delen van Nederland de Protestanten aan de macht en zij verboden in veel gevallen de viering van het Sinterklaasfeest, in welke vorm dit ook gevierd werd. Het zetten van de schoen maakte hier in veel gevallen deel vanuit; in de schoen werd stro en haver gedaan en de volgende ochtend zat hier dan veelal een cadeautje in, bijvoorbeeld appels, koeken, rozijnen of geld. Maar het kon ook speelgoed, suikergoed, gemberkoeken, kruidnoten, marsepein of speculaas zijn. Kinderen die niet braaf waren geweest, kregen een roe of een zakje zout.

    Ondanks het verbod bleef de Sint populair en in de twintigste eeuw maakte het feest definitief zijn terugkeer. In eerste instantie vaak nog onzichtbaar en lang niet altijd even vriendelijk werd de Sint langzaam maar zeker een echte kindervriend en inmiddels hoeft echt helemaal niemand bang voor hem te zijn.

    Bij Dubbeldam is zoals iedereen weet de Sint een meer dan geliefde bezoeker en dit jaar zal de Sint namens Dubbeldam bij enkele mensen thuis komen. Iedereen bij wie de Sint langskomt, maar natuurlijk ook alle andere mensen die dit mooie feest gaan vieren, wenst The Captain een heerlijk avondje.